Faster, Pussycat! Kill! Kill!

Zes maanden. Zo lang is het dat geleden dat ik laatst iets schreef. Het verwondert mij (en u misschien ook) dat ik nog het lef heb om hier iets te posten. Misschien had ik het stilletjes moeten laten doodbloeden, de laatste stuiptrekkingen in mijn hoofd voelen schuimbekken, me omdraaien en weglopen zonder ooit nog om te kijken.

Maar dat zou hetzelfde zijn als per ongeluk mijn eigen kat doodrijden, terwijl ze ligt te slapen op de warme banden van de auto. Bij het achteruitrijden een korte maar schrille kreet horen, in de zijspiegel de pootjes nog zien spartelen en zonder veel aarzelen terug vooruit rijden om haar uit haar lijden te verlossen.
Dat kan ik dus niet. Ik zou op mijn knieën vallen, in tranen uiteraard, en haar half vermorzelde muil tegen mijn lippen duwen en mijn longen leegblazen in de hare terwijl ik op goed geluk met twee vingers begin te pompen op haar borstkas.

Zodoende, ik reanimeer mijn blog, al is hij misschien ten dode opgeschreven.

De vraag is natuurlijk waar je na zes maanden mee kan aandraven om je verloren schapen terug naar je stal te lokken. Seks lijkt me te voor de hand liggend. Er valt ook weinig ludiek of opmerkelijk over mijn seksleven te zeggen. Meer nog, het zou mij lezers kosten als ik zou opscheppen over het absurde gemak waarmee mijn vent mij kan doen klaarkomen.

Om dan een hele entry aan hem te wijden, daarvoor is zijn ego al te groot. Na ruim zes maanden heb ik wel door dat wat hij mist in gestalte ruimschoots wordt gecompenseerd met machismo. Dat gaat nog vodden geven als hij vanaf september elke dag commentaar kan geven op wat ik aantrek om op café te gaan met vrienden.

Zagen over sollicitatie-ellende doe ik wel als ik echt kan spreken van ellende. Ik heb er momenteel twee opzitten en zat telkens bij de allerlaatste groep overblijvers. Jammer dat barwerk geen blijk geeft van communicatieve vaardigheden en het uitgeven van het ledenblad van je chiro nauwelijks geldt als redactionele ervaring. Misschien maar goed dat Daniel de hoerenbuurt wil opschonen, want je weet nooit hoe laag ik kan zakken (pun intended).

Nu lijkt het alsof ik het afgelopen half jaar niets boeiends heb gedaan terwijl watertrappelen in de stormachtige rivier die onafhankelijkheid heet best wel zijn interessante momenten heeft. Helaas horen daar nauwelijks dronken avonden, sexcapades, onverantwoorde reizen of riskante fysieke beproevingen bij. Het lijkt erop dat ik er lichamelijk vrij ongeschonden uitkom. Hoe het met mijn mentale gezondheid gesteld is, zal u wel merken als ik een gestaag blogtempo kan aanhouden.

Ik zal dus proberen om tussen het thesissen, het kweken van kieuwen en het subtiel openzetten van een knoopje tijdens de sollicitatiegesprekken op tijd en stond naar huis te gaan en te herbronnen bij mijn kat. Wie mij trouwens vanaf september zo’n donzige inspiratiebron kan bezorgen, wordt met naam en toenaam vermeld bij een eerstvolgende blog. Qua eerste stappen in de hoererij kan dat alvast tellen.

Plaats een reactie